Ratten zijn dol op allerlei voedsel en afval dat mensen in en rond het huis hebben liggen. Ook zwerfafval dat op straat wordt achtergelaten trekt ratten aan. Daarnaast kan het voeren van vogels op straat ratten aantrekken. Ratten kunnen gebruik maken van rioolbuizen als transportroute. Bovendien kunnen ze al door zeer smalle kiertjes huizen binnenkomen. Naast bestrijding kunt u ook zelf wat doen om de kans op rattenoverlast kleiner te maken of om bestaande overlast te verminderen.
Hoe herkent u ratten in en rondom uw huis?
- Rattensporen
Sommige signalen kunnen erop wijzen dat u te maken heeft met ratten in huis. Ten eerste is de aanwezigheid van uitwerpselen (keutels) een aanwijzing. Uitwerpselen van ratten zijn zo’n 1,5 tot 2 cm lang en cilindervormig, met één puntig en één plat uiteinde. Verder laten ratten buiksmeer achter op plekken waar ze vaak lopen. U kunt dit herkennen aan een donkergekleurde, vettige aanslag, bijvoorbeeld in deurposten en langs muren. Ook kunnen soms poot- en staartafdrukken op de grond zichtbaar zijn. Pootafdrukken van ratten zijn groter dan die van muizen. Afdrukken van de voorpoten zijn zo’n 2 centimeter lang, en die van de achterpoten ruim 4 centimeter.
Daarnaast kan er knaagschade te zien zijn, aan bijvoorbeeld kabels, meubels of deuren, maar ook aan etensverpakkingen of aan het eten zelf. Soms zijn hierbij de afdrukken van de snijtanden te zien. Deze zijn samen 2 tot 6 mm breed.
- Holen en nesten
Ratten graven holen en bouwen nesten. Rattenholen hebben ongeveer de doorsnede van een tennisbal. Gaten in de grond die dit formaat hebben (bijvoorbeeld direct om uw huis) kunnen tekenen zijn dat er gangenstelsels van ratten onder uw huis aanwezig zijn. Verder kunnen terugkerende verzakkingen in de tuin wijzen op de aanwezigheid van gangenstelsels. Rattennesten worden gemaakt van hopen zacht afval, zoals stukken papier.
- Geluiden
Soms kunt u ratten door uw huis horen lopen. In Haarlem komen uitsluitend bruine ratten voor. Deze ratten zitten meestal onder het huis of in de kelder, en niet vaak hoog in huis zoals op zolders. Dit is wel het geval bij de zwarte rat, die niet in Haarlem voorkomt. Trippelende geluiden op zolder zullen dus eerder wijzen op muizen dan op ratten.
Hoe kunt u rattenoverlast voorkomen?
- Openingen naar rioolaansluitingen en kruipruimte
Ratten kunnen gebruikmaken van riool(aansluitingen) om kruipruimtes en huizen in te komen. Daarom is het van belang dat de huisaansluitingen van riolen onbeschadigd zijn. Zorg ervoor dat bij het vervangen van rioolaansluitingen de oude buis uit de grond wordt verwijderd.
Welk deel van de rioolaansluiting is in eigendom van de huiseigenaar?
De rioolaansluitingen in Haarlem zijn particulier eigendom. De gemeente beheert het deel van de huisaansluiting tussen de erfgrens en het hoofdriool onder de straat. Het hoofdriool zelf wordt ook beheerd door de gemeente. U bent als huiseigenaar verantwoordelijk voor de riolering tussen de erfgrens en uw woning. In het geval dat u een woning huurt van bijvoorbeeld een woningbouwvereniging, is deze verantwoordelijk voor herstel bij schade in de rioolaansluiting op de grond die eigendom is van de verhuurder. Ratten kunnen ook huizen binnenkomen door de uiteinden van leidingen. Zorg dat er bijvoorbeeld geen openingen zijn tussen regenpijp en rioolaansluiting. Ook kunnen ratten huizen binnenkomen door kleine gaten en kieren die in contact staan met bijvoorbeeld de kruipruimte. Door kieren te dichten kunt u voorkomen dat de dieren toegang hebben tot uw huis.
Ratten hebben voedsel nodig om te overleven. Als ze hier in uw huis niet aan kunnen komen, zullen ze niet in uw huis blijven. Zorg er daarom voor dat al het voedsel in afgesloten ruimtes bewaard wordt. Dit geldt ook voor afval, omdat hier voedselresten tussen kunnen zitten. Bewaar voedsel bijvoorbeeld in dichte kasten of trommels en zorg dat u afval in afsluitbare containers doet. Naast opgeslagen voedsel en afval kan bijvoorbeeld vogelvoer in de tuin een voedselbron vormen voor ratten. Door een aantal maatregelen kunt u de kans dat ratten mee-eten sterk verkleinen:
- Wanneer u in kleine hoeveelheden voert, raken vogels niet verzadigd voordat het voer op is. Zo voorkomt u dat er voer blijft liggen waar onder andere ratten op af kunnen komen.
- Leg strooivoer op een verhoogde plek (voedertafel) en niet op de grond. Vogels voelen zich hier veiliger en zullen het voer beter opeten, waardoor ratten minder kans krijgen.
- Haal het voer weg als het te lang blijft liggen. Dit kan erop wijze dat de vogels (nog) geen behoefte aan voer hebben, of dat ze het nog niet ontdekt hebben. Wanneer het lang blijft liggen trekt het niet alleen ratten aan, maar is er ook kans dat het voer gaat schimmelen of bederven.
- Hang vetbolletjes of ander hangend voer hoog op, en veeg gevallen voer regelmatig op.
- Wanneer u veel last heeft van ratten kunt u gebruik maken van speciale voersystemen die ontworpen zijn om ongedierte tegen te gaan.
In heel Haarlem geldt sinds 2019 bovendien een verbod op het voeren van vogels in de openbare ruimte. Dit zorgt ervoor dat overlast van dieren als ratten, maar ook meeuwen, beperkt wordt.